Prisoners of compassion

Onlangs las ik onderstaande column die geschreven is door Annemarie de Vries-Postma. Soms is het alleen al heel erg fijn om te weten dat het niet raar of zwak is om zoveel pijn te voelen als je geconfronteerd wordt met dierenleed. En dat er zelfs een term voor bestaat.

Prisoners of compassion

De afgelopen weken heb ik enorm veel in de auto gezeten voor lezingen en afspraken. Van Friesland, Roermond, Maastricht tot Rotterdam en Zwolle. Ik heb weer vele snelwegen – en dus helaas ook weer de vele veetransporten – gezien.

Het doet me pijn om te zien, telkens weer. De kalfjes en de varkentjes, de -als oud vuil bijeen gepropte- kippen; nietsvermoedend, in kille wagens over onbekende wegen hun moord tegemoet. Na een veel te kort, triest leven.

Het is geen keuze van mij om dit te zien. Het is telkens weer een overval. Dit leed dendert, onverwacht en ongevraagd mijn realiteit binnen en tast mijn levensvreugde aan. Dit hebben uiteraard meer mensen. En daar is een term voor: “prisoners of compassion”. Zij die wel compassie hebben met andere levende wezens, zijn gedwongen machteloos toe te kijken bij het leed dat andere mensen dieren berokkenen. Zij zijn gevangen in hun mededogen.

Ik heb het hier nu niet over het leed dat dieren door mensen wordt aangedaan, maar over het leed dat compassievolle ménsen hiermee wordt aangedaan. Deze realiteit wordt mij opgedrongen door de keuzes van anderen. En daar krijg ik steeds meer moeite mee. Kijk, dieren hebben (nog) geen rechten in deze wereld (wat al onrechtvaardig genoeg is); maar hoe zit het met óns? Waarom worden de gevoelens van godsdienstige mensen wel serieus genomen, of de gevoelens van mensen die anno 2016 nog steeds ritueel geslacht vlees menen te moeten eten? Maar ónze gevoelens niet?

Dit vroeg wetenschapper en schrijver Roos Vonk zich ook af. Daarom startte ze de groep Animal People Alliance (www.animalpeoplealliance.nl). “Want”, zo schrijft ze terecht, “door internet en sociale media zien we steeds vaker hoeveel ellende dieren ondergaan door de mens. En wij, mensen die dit aan het hart gaat, staan telkens weer voor een dilemma. Enerzijds willen we ons ervan afsluiten omdat het pijn doet, anderzijds vinden we dat het niet genegeerd mag worden omdat er dan niets verandert. Het zijn maar dieren” zeggen mensen dan vaak. Maar zelfs al zijn het “maar” dieren (ik vind dat niet, ik voel niet anders voor een dier dan voor een mens), wij zijn mensen! Wij zijn met velen en wij lijden als dieren lijden. Wij moeten voor onszelf opkomen”.

En zo is het. Want waarom staan wij toe dat onze realiteit door al dat dierenleed zo lelijk wordt gemaakt dat WIJ ons hoofd moeten afwenden? Omdat we geen keus hebben, omdat we een minderheid zijn? Maar is dat wel wérkelijk zo of lijkt dat alleen maar zo? Misschien is het zo dat er véél meer mensen zijn, maar dar ze zich er alleen niet zoals ‘dierenmensen’ tegen durven uitspreken.

Daarom een oproep aan iedereen die zich het leed van dieren aantrekt en daardoor lijdt. Spreek je uit. Denk niet: ik zeg maar niets want ik behoor tot een minderheid. Show your compassion!

Denk aan de prachtige woorden van Gandhi: “ If you’re right and you know it, speak your mind. Even if you are a minority of one, the truth is still the truth”.

En compassievolle mensen, die durven te gaan staan voor wat juist en waar is, dát is wat onze wereld op dit moment het hardste nodig heeft.

(Column Friesland Post juli 2016)