Katers: typisch mannelijk kattengedrag

Hoeveel verhalen er ook de ronde doen over typische karaktereigenschappen van mannetjes en vrouwtjes: het meeste is niet aantoonbaar.

Er zijn verschillende wetenschappelijke onderzoeken gedaan naar verschillen tussen mannelijke en vrouwelijke katten en telkens weer komt daaruit naar voren dat verschillen in gedrag afhankelijk zijn van temperament, karakter en hormonale factoren wanneer de dieren geslachtsrijp zijn. Intacte dieren laten echter wel typisch gedrag zien ten opzichte van geneutraliseerde dieren; dit is hormonaal en heeft te maken met de voortplantingscyclus.

Gemiddeld zal de kat rond de leeftijd van 8 maanden vruchtbaar worden. Er zijn katten bij wie dit tijdstip al rondom de 6 maanden ligt. Het dier zal nu gedrag gaan vertonen dat u nog niet eerder heeft waargenomen.

Mannetjes zullen waarschijnlijk onrustiger worden, wat meer de neiging krijgen om te gaan zwerven, en/of soms wat agressiever worden. Ook hun eetlust kan veranderen. Het duidelijkste signaal is echter als ze aanstalten gaan maken om te gaan sproeien. Dit kunt u herkennen aan de houding van de kater: zijn achterste wordt naar een verticaal voorwerp gedraaid (b.v. een muur), hij trappelt op zijn tenen en de staart gaat trillen. Dit wordt ook wel de ‘sproeistand’ genoemd. Nu zal de kater een straaltje doordringend ruikende urine tegen het voorwerp spuiten. Dit is volkomen natuurlijk gedrag voor een kater maar bijzonder onprettig voor mensen.

Wanneer een kater eenmaal is gestart met sproeien, zal dit gedrag al heel snel een gewoonte worden en wordt het moeilijk om dit gedrag later nog te laten stoppen. Het enige dat u kunt doen is de signalen van uw kater goed in de gaten houden en wanneer u vermoedt dat uw dier geslachtsrijp aan het worden is, direct contact opnemen met uw dierenarts. Deze zal dan in overleg met u hoogstwaarschijnlijk adviseren om uw kater te laten castreren.

Castratie is voor katers een lichte ingreep. De arts zal onder verdoving de zaadballen van het dier verwijderen.
Hierdoor verdwijnt meestal niet alleen de neiging om te gaan sproeien, uw kat zal zich waarschijnlijk ook rustiger gaan voelen en gedragen omdat de drang om een vrouwtje te veroveren flink zal afnemen.

Wanneer u niet wilt gaan fokken met uw kater is castratie dus altijd aan te raden.